Museumhaven decor van Kleine Kunst aan Boord
ZUTPHEN – Is er een mooiere, toepasselijkere plek om naar verhalen en muziek te luisteren dan in een haven? Een museumhaven bovendien, met historische schepen, waar verleden en heden elkaar ontmoeten? En dan niet op de kade, maar aan boord?
Door Sander Grootendorst
De vragen stellen is ze beantwoorden. Ze zijn vervat in de uitnodiging voor het tweejaarlijkse festival Kleine Kunst aan Boord, dat zich op zaterdag 30 augustus gaat voltrekken.
Korte voorbespreking aan boord van het Brugschip met de organisatoren Nelly van de Velden, Ron Vernout en Gery Groot Zwaaftink, van wie de laatste twee tot de vaste deelnemers behoren. Vernout, singer-songwriter (“zelf zeg ik liever zanger-liedjesbakker”): “Ik ga een heel divers programma doen. Bijvoorbeeld een lied over een koude winterdag in Maastricht. En ik heb van een rondeel uit de Middeleeuwen een reggae-versie gemaakt. Hoe jong of oud je ook bent, als je wilt kun je meezingen.” Gerede kans dat ‘What shall we do with a drunken sailor’ ook nog voorbij komt.”
Bij wijze van voorproefje stapt Vernout met zijn gitaar even later samen met de twee anderen in een roeibootje dat vlak bij het Brugschip ligt aangemeerd. Het voelt alsof het festival al begonnen is… Groot Zwaaftink, tot ver buiten de Achterhoek bekend als troubadour, gooit het over een andere boeg: “Ik breng liedjes die de mensen waarschijnlijk nog niet zo vaak van mij hebben gehoord, hoe zal ik het noemen, eh… “
“Ongehoord goed”, suggereert Vernout, een idee waar Groot Zwaaftink meteen een goed gevoel bij heeft. “Die houden we erin.” Het zijn liedjes, niet zozeer zwaarwichtig, maar wel met een serieuze ondertoon, bijvoorbeeld over het klimaat. Omdat een troubadour toch ook een beetje een chroniceur van zijn tijd is. Vernout zal aan boord van het schip Johannes zijn kunsten vertonen, Groot Zwaaftink is op de Vleermoes te vinden.
Acht schepen
In totaal doen dit jaar acht schepen mee, een paar minder dan de vorige keer, dat komt mede omdat sommigen hun schip flink aan het verbouwen zijn. Van de Veldes eigen Brugschip is daarentegen weer terug van reparatie. Kleine Kunst Aan Boord wordt gehouden terwijl elders in de stad die dagen het cellofestival (‘Cellowercken’) de toon aangeeft – dat roept om een samenwerking en die komt er ook: In de Museumhaven nemen de cellisten plaats op het Brugschip.
Het schip Eben Haëzer verwelkomt Hanna’floor de Roos, specialist in ‘muzikale vertelvoorstellingen’, het schip Motor Matje de tweemansband Gat in…